Driekwart van de kinderen tussen de 3 en 4 jaar kijkt of speelt op schermen, volgens een onderzoek

Driekwart van de kleuters, tussen de 3 en 4 jaar oud, kijkt of speelt op een scherm , zo blijkt uit een dinsdag gepubliceerd onderzoek. De studie wijst op een verband tussen spelen op schooldagen en schoolprestaties.

Volgens deze studie, gepubliceerd door Depp, het statistische bureau van het Ministerie van Onderwijs, en gebaseerd op een panel van schoolgaande kinderen in 2021-22, heeft 45% van de kleuters minimaal één speciale digitale toegang (15% heeft een eigen tablet) en kijkt of speelt 75% via een scherm.

Eén op de twee kinderen (50%) kijkt "regelmatig" naar een scherm. En één op de tien (10%) speelt "regelmatig" games, aldus de ondervraagde gezinnen.

Een andere bevinding van het onderzoek: deze toegang varieert afhankelijk van de sociaal-demografische kenmerken van de leerlingen en het opleidingsniveau van de moeders. 21% van de kinderen van laaggeschoolde werknemers bezit een tablet, vergeleken met 7% van de kinderen van managers of bedrijfsleiders. De frequentie van regelmatig gamen is ook drie keer hoger onder kinderen van laaggeschoolde werknemers.

Kinderen van hoger opgeleide moeders (4 jaar hoger onderwijs of hoger) hebben minder toegang tot schermen: 85% van hen speelt nooit of bijna nooit, vergeleken met 52% van de kinderen van niet-gekwalificeerde moeders. 6% van hen bezit een tablet, vergeleken met 30% van de kinderen van niet-gekwalificeerde moeders.

Uit het onderzoek blijkt ook dat er een verband is met leren: regelmatig spelen op een scherm tijdens schooldagen hangt samen met lagere scores op vaardigheidstoetsen, vooral op taalgebied.

Om precies te zijn, met vergelijkbare sociaal-demografische kenmerken, scoren leerlingen die regelmatig op een scherm spelen tijdens schooldagen 22 standaarddeviatiepunten lager op taal, 14 punten lager op wiskunde en 12 punten lager op interdisciplinaire vaardigheden. Leerlingen die regelmatig op een scherm kijken, scoren ook lager, maar in mindere mate.

Wanneer schermgebruik daarentegen wordt gereguleerd, bijvoorbeeld "met vaste tijden op de dag en gecontroleerde inhoud", en wordt aangevuld met "andere activiteiten zoals bordspellen en leesmomenten", dan worden de negatieve verbanden met schoolprestaties "aanzienlijk verminderd", benadrukt het onderzoek.

Omgekeerd geldt dat wanneer kinderen regelmatig buiten schooltijd spelen, hun scores hoger zijn dan die van kinderen die nooit of bijna nooit spelen (met 14 standaarddeviatiepunten voor transversale vaardigheden, 13 punten voor wiskunde en 10 punten voor taal).